Beren
|
|
![]() Een ijsbeer laat zich in de winter insneeuwen. |
|
|
|
Winterrust Bruine beren komen vooral voor in de bergen en bossen op het noordelijk halfrond. In de Europese alpen zijn ze heel zeldzaam, en hetzelfde geldt voor de beren in de bergen van Oost-Europa zoals Roemenië en Hongarije. Omdat ze vooral van plantaardig voedsel leven, is de voedselarme winter een moeilijke tijd. Daarom eten ze vóór die tijd extra veel. Met een flinke vetlaag onder de huid, gaan ze in een hol of op een beschut plekje in winterrust. De beer slaapt en dut de hele winter door. De vetlaag en de dikke vacht houden hem warm. De beer houdt géén winterslaap zoals de egel dat doet. Dieren die in winterslaap zijn, zijn tussentijds niet wakker te krijgen. Dieren in winterrust wél. Als er gevaar dreigt, staat de bruine beer in mum van tijd paraat om tot actie over te gaan. |
|
Vissers en bedelaars In Noord-Amerika wordt de bruine beer Grizzlybeer genoemd. Hij leeft daar vooral in Canada en Alaska. In Alaska leeft ook de bruine beer die Kodiakbeer wordt genoemd. Dit is de grootste beer ter wereld. Eén keer per jaar, als de zalmen tegen de stroom de rivieren opzwemmen, stapt hij op ondiepe plaatsen het water in. Met zijn bek, of met de klauwen grijpt hij een zalm uit het water. Hij is een uitstekende visser. De zwarte beer is veel kleiner dan de bruine beer. Zwarte beren zijn erg populair in Noord-Amerika. In de parken waar ze leven, bedelen ze graag om voedsel langs autowegen waar toeristen komen. De kraagbeer is een zwarte beer uit de bergen van Azië. Hij heeft een dikke zwarte vacht met een opvallende witte kraag. |
|
![]() De ijsbeer De ijsbeer leeft in streken waar weinig groen te vinden is. Hij eet voornamelijk zeehonden (robben). Dankzij de schutkleur is hij in de sneeuw moeilijk te zien als hij voorzichtig de slapende zeehonden besluipt. Zwemmende robben komen van tijd tot tijd even boven water om adem te halen. Als er ijs op het water ligt, steken ze hun kop boven een wak uit. Een wak is een gat in het ijs. Aan de rand van zo'n wak ligt de ijsbeer vaak op de loer. IJsberen zwemmen als de beste. In Artis leven Boris en Katrien. In de zomer krijgen ze ijsblokken om mee te spelen. Soms zitten daar als verrassing een paar haringen in vastgevroren. IJsberen zijn uitstekende zwemmers |
|
Snoepers In Artis leeft ook de lippenbeer, een zeldzame soort die voorkomt in de bossen van India en Sri Lanka. Hij houdt van termieten; mierachtige insecten uit de tropen. Met de scherpe nagels krabt hij het nest open, en hij zuigt met enorme kracht de termieten naar binnen. De meeste beren houden van zoet. Ze staan niet voor niets bekend als liefhebbers van honing. De honingbeer uit Azië heeft er zelfs zijn naam aan te danken. In het Andesgebergte leeft de brilbeer, een van de beste klimmers onder de beren. De witte tekening op zijn snuit doet denken aan een bril. |
|
Beren leven alleen of in kleine groepen.
De vrouwtjes baren hun jongen in een hol. De ijsbeer trekt daarvoor naar
de meest afgelegen plaatsen van het Noordpoolgebied om zich op een stil
plekje te laten insneeuwen. Ze gaat in winterrust en eet voorlopig niet
meer. In een ijsberenhol is het warm. De sneeuw isoleert, net als de dubbele
glazen in een huis. Ieder berenjong is als een cavia zo klein en weegt
nauwelijks een pond. Het is helemaal kaal en de ogen zijn nog dicht. Meestal
worden er tweelingen geboren. Moederberen verzorgen hun jongen goed. Als
de kleintjes mee naar buiten mogen, blijven ze nog lange tijd bij hun
moeder in de buurt. |
![]() Dit beertje is al een flinke jongen. Toen hij werd geboren, woog hij nauwelijks één pond |